![]() |
bron: afbeelding |
Je uit wat niet zo nette
woorden en begint al flink te balen om de stoere man die vandaag een
trainingsdagje in Duitsland heeft en blijkbaar het afvoerprobleem toch nog niet
helemaal verholpen heeft. Dan begin je vol goede moed met mop en emmer en
vooral bijgestaan door twee stoere dochters om de boel op te dweilen (zoonlief
zit veilig verstopt op zijn kamer zonder stem door zijn schoolkamp en lekker
achter z’n laptop of tv). Vervolgens breekt de stang van de mop voor de
zoveelste keer en natuurlijk op een nieuwe plek. Ingekort wil ik die alsnog
gebruiken, breekt natuurlijk het voetpedaal van de emmer waarmee je de mop van
water kunt zwierezwaaien … Dochterlief is zo beroerd niet en wil best naar het
winkelcentrum fietsen om een nieuwe set te halen.
Maar wacht, het begint te
hagelen. “Liefje, wacht echt nog maar even” zei ik terwijl de hel daarboven
uitbrak. Het begon met hagelstenen en vervolgens begonnen de afvoerpijpen van
zowel de vaatwasser als de wasmachine water op te geven. Het spoot omhoog. Ik
greep in het keukenkastje naar droge doekjes om met mijn handen het water tegen
te houden. Weinig kans op succes. Om mij heen kijkend zag ik een afsluitdopje.
Met mijn ene hand balancerend op de afvoerpijp, draaide ik de andere afvoer
dicht met een schroefdop. Nu hoefde ik mijn aandacht en energie nog maar op een
kwaadaardige waterspuiter te richten. Dochterlief ging op zoek in de schuur.
Girlpower! Voordat ze een dopje vond, hoorde ik gegil en gehuil, ze bleek wat
buizen van bovenop een kast op haar bolletje te hebben gekregen. Oudste
dochterlief schoot te hulp, en ik maar gillen en roepen met mijn handen
vastgeklemd op de afvoerbuis. Onder mijn handen duwde het water, het wilde
duidelijk naar buiten, omhoog onze bijkeuken in. Ik dacht daar anders over en
hield vol. Dochterlief werd vervolgens naar de buurman gestuurd, die niet thuis
bleek te zijn. Ik wilde niet loslaten voordat de druk onder mijn handen
verdwenen was. Ik zag het al gebeuren, kortsluiting voordat het water via de
achterdeur weg zou lopen. Niet dus, niet waar ik bij ben. Een minuscuul testje
tussendoor bewees hoeveel water er op zoek was naar een uitgang. “Niet in mijn
bijkeuken”, dacht ik wederom met mijn hand standvastig op de afvoer gedrukt. Ondertussen
had ik al geprobeerd de uiteindelijk-gevonden-tweede-schroefdop op de afvoer
van de inmiddels stopgezette wasmachine te draaien. Er bleek geen schroefdraad
op de pijp. Oh ja, die had onze stoere man/papa afgezaagd om te vervangen door
een langere pijp.
Langdurig heb ik op die dop
geduwd om het water maar geen uitgang te laten vinden anders dan in de tuin
waar de meiden al druk om beurten aan het scheppen waren want ook daar liep het
over. Lekker belangrijk, dacht ik. Maar goed, op een onverwacht moment bleek de
druk onder mijn handen verdwenen te zijn. De meiden waren inmiddels druk aan
het dweilen met alle doekjes en oude handdoeken die ze konden vinden.
Terwijl ik nog stond te
dweilen belde dochterlief haar papa met de mededeling dat hij maar moest zien
hoe hij thuis moest komen. Hij werd niet opgehaald van zijn stoere
training/leuke dag. Mama had het te druk met dweilen. Toen hij binnenkwam,
afgezet door een collega, zaten we uitgeput bij te komen op de bank. We moesten
nog eten maar keken even ter ontspanning naar de enige van toepassing zijnde
film, namelijk die van Disney “Fantasia”, de oorspronkelijke versie met de
Tovenaarsleerling. Als Mickey in slaap valt, lopen de bezemstelen almaar door
met emmertjes water. Hoe meer
bezemstelen hij kapot maakt, hoe meer ze zich vermenigvuldigen met het water
erbij. Het lijkt een zondvloed totdat de tovenaar zelf ten tonele verschijnt.
Met een paar simpele gebaren verdwijnen de bezemstelen, de emmers en het water.
Waar was onze tovenaar? Die was op training in Duitsland.
Haha, dat was veel water ja
BeantwoordenVerwijderen