zaterdag 8 oktober 2016

Studentenvereniging en karakter

Opgegroeid onder de rook van Leiden heb ik meer corpsballen gezien dan me lief is. Dat terwijl ik nog niet eens heb gestudeerd aan de Leidse universiteit, laat staan lid ben geweest van een van hun studentenverenigingen. Voor mij staat een corpsbal gelijk aan zo’n kereltje met zo’n fondsbrilletje van destijds. Oh ja, en natuurlijk nog zo’n hete aardappel in het gieltje. Mijn destijds redelijk alternatieve broers maakten zich al behoorlijk zorgen toen ik het erdoor wist te drukken dat ik mijn middelbare schooltijd in Wassenaar ging doorbrengen. “Dat kon niet goedkomen met Margriet”. Dat viel gelukkig wel mee.


Na de middelbare school werd ik een Schoeversmeisje (ook dat kwam uiteindelijk goed). Handig laveerde ik mij weg van de plooienrokjes, parelkettinkjes en dikke lagen make-up en vooral wel van de corpsballen, hier en daar kwam ik ze wel tegen. Een enkeling kwam iets te dichtbij in mijn leven, maar goed. Ik kreeg een vriendje met Groningse historie en dito “vrindjes en vrindinnetjes” maar gelukkig niet met die hete Leidse aardappel. Zijn studietijd lag al ruim achter hem en de feiten heb ik nooit gevraagd of gehoord.

Nu Vindicat met te grote regelmaat in het nieuws is, vraag ik mij wel af “was hij destijds ook een lid van die ballentent waar de “feutjes” nog altijd gewillig hun hersenpan tot moes laten slaan en andere onderdanige ellende ondergaan. Alles om maar lid te mogen worden van het “elitaire (netwerk) clubje waar zelfs prinsjes en (toekomstige) prinsesjes lid van waren of vast nog wel gaan worden.
Waarom raakt het me zo? Simpel, zoonlief zit in 5 vwo. Gelukkig wil hij niet naar Groningen, vooralsnog wil hij naar Tilburg. Voor Vindicat zelf hoef ik dus niet bang te zijn als moederkloek. Maar daar zitten ongetwijfeld ook clubjes waar kandidaat-leden tot alles bereid zijn om toegelaten te worden.

Zouden de ouders van die “feutjes” en gesettelde studenten trots zijn op hun kinderen? Dat ze zich als kandidaat-lid tot op het bot laten vernederen om die vernederende handelingen een jaar later als wederdienst op nieuwe lichting te herhalen … Ik begrijp het echt niet. Waarom doet iemand zoiets? Waarom wil je zo graag ten koste van alles lid zijn van zo’n vereniging? Zijn ze hun hele leven al gepest en getreiterd, zijn ze onderdanig en hopen ze er als lid eindelijk bij te horen? Wordt het dan in het tweede jaar en daarna “genoegdoening” omdat je mag doen wat jou is aangedaan?


Moeten we dat niet gewoon verbieden en die kinderen wat beter begeleiden. Moeten we niet zorgen dat ze wat meer zelfvertrouwen en gevoel van eigenwaarde hebben opgebouwd voordat ze aan hun universitaire studie beginnen? Stel je voor dat onze kinderen hun netwerk op een gezonde manier kunnen opbouwen met gelijk denkenden met een gezond verstand in plaats van onderdanige personages die enig zelfvertrouwen van nature ontberen en die een geschiedenis van ultieme vernederingen meezeulen op hun sociale CV.

Geen opmerkingen :

Een reactie posten