dinsdag 30 oktober 2012

Familieverhalen - Dag lieve tante Truus - een afscheidsbrief


Vandaag, 29 juli 2011, kwam het bericht dat u bent overleden. Potverdorie, morgenochtend vertrekken we naar Normandië. Geen begrafenis is een hobby, maar die van u mislopen? Zoiets is helaas niet te plannen.

Een paar maanden geleden stond ik onaangekondigd bij u voor de deur. Ik belde aan en u vroeg “wie is daar?”. “Margriet” zei ik. Tot mijn verbijstering vroeg u “Margriet, welke Margriet?”. Verdorie, hoeveel kent u er? “Van der Peet” riep ik. Vervolgens mocht ik binnen komen. U snapte er niets van. Uw nichtje dat tegenwoordig “Brabants” praat – nou verschillen de meningen daarover, maar toch – dat nichtje stond zomaar opeens voor de deur. Ik had een verdrietige reden om op een doordeweekse dag in Voorschoten te zijn en was in de veronderstelling dat ik tijd zat had om bij mijn surrogaat moeder/suikertante langs te gaan. Maar ja, bij tante Truus langsgaan: dat kost tijd. Toevallig belde zus Hettie om te vragen waar ik was – we moesten naar een begrafenis van een nicht en ik was de tijd kwijt.


U gaf duidelijk aan hoe zwaar het was met de gezondheid. U was wel klaar met het leven. Zoals altijd gaf u aan dat mama veel te vroeg was gegaan en hoe u er tegenop zat op de 103 te halen die u ooit was voorspeld. Wat ben ik toen geschrokken. We hadden elkaar al een tijdje niet gezien maar wat was u oud geworden. Nog een jaar of 15 erbij, dat zag ik niet gebeuren. Dan wenste ik u ook niet toe.

Wat een herinneringen, elke zaterdag kwam u bij mama op de thee. Dan werden we op de hoogte gebracht van alles wat ons was ontgaan en niet alleen omdat wij niet de Privé of de Story lazen. Op zaterdag ging u eerst naar de kapper: wassen en watergolven en dan een kopje thee aan de Papelaan. Half Voorschoten en de familie passeerden dan de revue en in ruil voor een paar kopjes thee waren wij weer up-to-date. Op zondag kwam u nogmaals maar dan op de koffie. Voor u een kopje “koffie-verkeerd” zoals alleen mama dat kon maken, natuurlijk op uw manier.

U was mijn surrogaat moeder: als mama weer eens knettergek van me werd, belde ze u op, of ik mocht komen, natuurlijk mocht dat en dan had mama even rust. Een surrogaat moeder die ooit een soort tweede vrouw was van de vader van Derek de Lint. Hij had een vrouw voor thuis en een voor op het werk: dat was u. Diezelfde Derek constateerde blijkbaar ooit dat hij dan uw surrogaat zoon was. In onze dolle gedachtengang was ik dan de surrogaat zus van Derek. Dat vond ik wel wat.

Als u op vakantie was geweest dan kreeg ik weer een klederdracht poppetje. Ik heb ze nog steeds.

Toen ik amper 15 was nam u mij mee naar Parijs. We gingen met de bus. Er waren zowaar 2 leeftijdsgenoten maar verder was het stiekem een “bejaarden” tripje. Leven in de brouwerij daar zorgden we wel voor. Ik maakte ongevraagd wat foto’s van een clochard waarbij ik helemaal niet doorhad dat er tussentijds wat geld werd overgestoken en natuurlijk liep het uit de hand. Voor de schrik na het slopen van de camera werd ik van wat sterke drank voorzien en de verzekering betaalde de schade aan de camera van papa uit.

Met uw laatste verjaardag hebben we nog uitgebreid gebeld. U kwam net terug van natuurlijk de Gouden Leeuw. Daar was u geweest met tante Sjaan. Ik mocht wel eens mee naar Egmond. Voor pastoor Kluuk (hoe schrijf je die naam???) zat ik zgn. aan de cassis. Tot zijn verbijstering bleek het later “bessenjenever met ijs” te zijn. Wat hebben we ook toen gelachen.

Nu zijn de meeste Bijltjes weer bij elkaar. Ik verdenk jullie ervan dat het Bijlen-huis bijna op orde is. Dat mooie huis met al die erkertjes en kamertjes daar op landgoed de Horsten. Ooit fietsten we daar met tante Jo. Die wist het helemaal bij ons voor te spiegelen. Als de mannen er niet meer waren, dan gingen de zussen Van der Bijl daar samen wonen op de rand van Wassenaar. Ieder een eigen kamer en vooral een gezamenlijk deel om lekker thee te drinken en elkaar op de hoogte te houden van alles. Wat was papa toen nog verbijsterd toen tante Sjaan hem vroeg “wanneer hij dood zou gaan” …

Nu zijn jullie dan samen. Wat zullen we u missen, doe ze allemaal de liefste groeten van ons allemaal.

Familieverhalen - Tante Sjaan - afscheid


Voor mij ligt de rouwkaart van tante Sjaan. Er staat geschreven “Eindelijk …” Tevreden na een vreugdevolle dag met haar familie mocht ze eindelijk gaan. Onze lieve, recht-door-zee-tante is overleden.
Je zou bijna denken dat we afscheid kwamen nemen op die familiedag, maar het tegendeel was waar. Op zondag 21 oktober organiseerden we een neven- en nichtendag. Aanleiding hiervoor was het overlijden van een andere zus van mijn moeder. Ooit waren ze met acht zusjes. Nu was er alleen nog tante Sjaan. In december zou ze 89 worden. Zelf was ze er van overtuigd dat ze 92 zou worden, dat was namelijk ooit voorspeld.

dinsdag 16 oktober 2012

Economisch total loss


Al jaren heb ik het proberen tegen te houden. Het inruilen van onze auto was voor mij nooit bespreekbaar. Maar sinds gisteravond is er geen ontkomen meer aan.
Wij rijden al jaren in een MPV, een Italiaanse ook nog. Ik hou van Italië, dus ook van de auto’s die daar vandaan komen. Omdat onze Lancia best duur is op de weg, zelfs op diesel, ben ik bereid er minder mee te rijden en vaker de fiets te pakken. Inruilen wil ik niet, ik weet wat ik heb en wat krijg je er voor terug?

zondag 14 oktober 2012

Gezinsleven - Sleutelkinderen


Het is al weer een jaren geleden dat ik tussen de middag op mijn werk werd gebeld door oudste dochterlief. Ik denk dat ze net in groep 8 zat. Ze voelde zich groot genoeg om af en toe tussen de middag alleen thuis te komen en een boterham te eten en weer terug te gaan naar school. Noem haar maar een sleutelkind. Met haar zusje die in groep 7 zat en broertje in groep 5 was oudste dochter thuisgekomen. Ze hadden wel erge trek in wat lekkers.

Hun trek was echter wel zo spannend dat mama moest worden gebeld op het werk. Hier was toestemming voor nodig. De telefoon ging dus en ik nam op: “hoi mama, mogen we een eitje bakken?”. Daar zat ik dus in Eindhoven kijkend naar de telefoon in mijn hand en opeens opgezadeld met een enorm dilemma. Hoe groot was mijn vertrouwen in mijn groter wordende kinderen? Hoe gevaarlijk was dit en hoe verantwoordelijk waren onze kinderen? Mij bedenkend dat als ik nee zou zeggen, ze het misschien toch wel zouden doen, gaf ik aarzelend toestemming.

zaterdag 13 oktober 2012

Stoppen met roken - Levenslange weddenschap

Nooit zou ik gaan roken. Ik deed het toch en het duurde lang voor ik uiteindelijk van die verslaving afkwam. Gisteravond (oktober 2012) was het Vrijthof op televisie en herinnerde ik mij de belangrijkste weddenschap van mijn leven.

Mijn vader heeft lang gerookt. Hij begon met roken toen tabak nog op de bon was, dus in de oorlog, of misschien ergens tegen het einde daarvan toen tabak nog schaars was. Mijn opa nam blij de extra tabaksbonnen in ontvangst nadat zijn zoon (mijn vader) op een leeftijd was gekomen welke hem recht gaf op tabaksbonnen. Opa dacht er zijn behoefte (tekort) aan pruimtabak mee aan te kunnen vullen maar de interesse van mijn vader voor tabak was gewekt.

Grabbelton


Zelden heb ik een prijs gewonnen, een enkele keer 3 euro bij de Postcodeloterij en dan heb je het wel gehad. Alleen een keer, ik was pas drie jaar oud. In ieder geval nog geen vier want ik ging nog niet naar de kleuterschool.
Bron: afbeelding
Waar mama haar boodschappen deed, weet ik niet zo goed. De melkboer kwam aan huis, in die tijd kwam die nog met een wagen met waren langs de deuren in een tijd dat zelfs de SRV-wagen nog niet rond reed. Een kaaswinkel was bij ons aan de overkant. Een bakker was ook in de buurt en op vrijdag was er de markt en die was bij ons in de straat.

vrijdag 5 oktober 2012

Tegenwind

Als ik vroeger klaagde over het rotweer waar ik doorheen moest fietsen van huis naar school en weer terug leverde dat zelden of nooit een liefdevolle lift met de auto op. Dan had ik maar gewoon naar de middelbare school in ons eigen dorp moeten gaan, zo was de conclusie.

maandag 1 oktober 2012

Erfbare talenten

Oma kon prachtig naaien, net als mijn moeder en mijn zus. Maar oma heeft het altijd met de hand gedaan. Ze was uit een tijd dat er nog geen naaimachines bestonden. Toen ze een jaar of 14 was, kreeg ze van haar moeder een lap stof aangereikt met het verzoek of eigenlijk de opdracht er een jurk voor haar moeder van de maken, want er was een feestje het volgende weekend, dan moest de jurk klaar zijn. Oma deed dat natuurlijk.

Familieverhalen - Doktor Faust - een held

Al eerder heb ik over mijn oom Leo geschreven. Jarenlang was hij voor mij “Doktor Faust”. Ik had geen idee wie deze doktor was. Ik kende alleen het verhaal dat mijn oom me op de mouw had gespeld. Een verhaal, gebaseerd op de vele borstbeelden in zijn huis, mensen die allemaal tot beelden omgetoverd zouden zijn omdat ze niet deden wat Doctor Faust wilde.

Jaren later kocht ik zelfs het boek van Thomas Mann “Doctor Faustus”. Ik kwam er niet doorheen, moet er nog steeds een keer opnieuw in beginnen. Altijd is er wel een ander boek om te lezen. Toen oom Leo een keer op vakantie was – ik was toen een jaar of 18 – viel er een kaartje bij ons in de brievenbus, geadresseerd aan Signorina Van der Peet met als afzender Doctor Faust. De kaart kon alleen maar voor mij zijn, kort tevoren had ik hem zo genoemd op een feestje.

Oom Leo was voor ons echter niet alleen maar ‘Doctor Faust’. Hij was méér.

Levend terug uit het Oranje Hotel op 5 of 6 mei 1945
(helemaal rechts mijn moeders gezicht)

Tennisleraar

Als meisje van 12 ging ik op tennisles bij Forescate in Voorschoten. Op mijn vestje dat onderdeel uitmaakte van mijn tenue stond ‘Champion’. Helaas was ik geen kampioen. Nooit geworden ook. Ik kon er zeg maar ‘geen bal van’.

Het feit dat ik les kreeg van mijn eigen nicht hielp ook niet echt bij het luisteren. Een wildvreemde trainer zou vast meer overwicht op mijn hebben gehad. Ik was nogal eigenwijs en vond het vooral interessant dat ze mijn nicht was. Het gaf mij, voor mijn gevoel, een vrijkaartje om lekker eigenwijs te kunnen doen. Verlegen als ik was, durfde ik naast de trainingen niemand te vragen met mij te tennissen. Dus bleef het al snel bij alleen maar trainen. Na twee zomerseizoenen vonden mijn ouders het genoeg en er werd gestopt met de veel-te-dure-training.