In de zomer
van 2010 was Merel met wat klasgenoten naar het zwembad in Eindhoven, de
Tongelreep. Lekker een dagje lol maken, op de fiets en dan wel een omweg via
school want een andere route kenden ze nog niet.
Rond 16.00
uur begon de lucht in Veldhoven te betrekken, het was al geruime tijd erg warm
geweest en fikse onweersbui leek niet zo vreemd. Toen het rond 16.30 uur toch
wel erg donker – zeg maar pikzwart – werd, pakte ik toch wel enigszins ongerust
de telefoon. Ze nam direct op en ik vroeg waar ze was. Ze bleek net aangekleed
en was klaar om te vertrekken en vroeg “hoezo?”. Ik vertelde dat er een flinke
bui onderweg was en het schaap vroeg “waar dan”? Nou die was dus vanuit Veldhoven
onderweg precies haar kant op. Ik drukte haar op het hart dat ze vooral niet
onder bomen mocht schuilen als het zou beginnen te onweren of als de
blikseminslagen te dichtbij leken te komen. Desnoods moest ze maar een groot
gebouw opzoeken of ergens aanbellen.
Amper een
paar minuten later werd het stil … zo’n stilte waarbij je voelt dat er iets
gaat gebeuren. Zelfs de vogels zwegen. Marieke en Martijn waren thuis en toen
het vlak daarna begon te waaien (nou ja, waaien …) vertelde ik hen dat nu
ergens regende en dat het bij ons ook wel eens heel hard kon gaan regenen. Heel
verbaasd waren ze, hoe weet mama dat nou weer? Ik had het nog niet gezegd of volle
badkuipen leken te worden omgekeerd. Heel kort daarna begon het zo hard te
waaien en te regenen dat we de schuur – een paar meter achter het huis – amper
nog konden zien.
Her en der
kwamen kinderen naar huis gerend en een half uurtje later volgden de eerste berichten
over omgewaaide bomen. Ik dacht … Omgewaaide bomen? En ik was bang voor het
onweer. Ook bij ons in de straat gingen grote bomen om. Bomen … dacht ik, wat
is er ook alweer met bomen tussen hier en de Tongelreep? O help, de weg
waarlangs Merel moet fietsen is een grote lange grote-bomenlaan … In paniek
pakte ik mijn gsm … geen bereik, dan maar die van manlief, snap ik niks van,
hoe werkt dat ding. Mijn paniek sloeg om in angst – je bent een stresskip of je
bent het niet. Geen enkel bereik ook niet met de huistelefoon. Nummer
onbereikbaar, geen bericht achter te laten. Uiteindelijk kwam er opeens een
sms-je binnen, vreemd 06-nummer, geen naam, alleen maar “we staan onder het
viaduct, komen dus later”. Opluchting, of toch nog steeds paniek? Was dit
bericht wel van Merel, terugbellen was niet mogelijk, ook weer geen bereik. Nog
steeds paniek, sloeg inmiddels over op Marieke en Martijn. Ik zag de bomen al
op mijn oudste liggen.
Om 18.00 uur
ging de huistelefoon. Het was Merel, ze was gearriveerd bij het vriendinnetje
thuis. Nadat ze eerst waren gezandstraald door de wind en het zand waren ze
schoon gespoeld door de hoosbuien en hadden ze het grote viaduct onder de
snelweg bereikt. Daar de bui afwachtend waren ze door een andere “schuiler” –
een oudere man – geadviseerd om maar gauw door te fietsen omdat ze niet meer
zover hoefden en de bui mogelijk nog erger ging worden en nog wel een tijdje
kon duren. Gelukkig was de vader van het vriendinnetje zo helder haar op te
dragen naar huis te bellen dat ze veilig was.
Nadat het
verlossende bericht gekomen was, gingen wij als sensatiezoekers maar eens de
buurt verkennen, want wat waren er veel bomen het slachtoffer geworden van onze
windhoos.
Volgende
keer blijft ze waar ze is en ga ik haar vast halen met de auto. Die fiets kan
makkelijk achterin en van een vriendinnetje ook wel. Onze MPV gaat er nooit
meer uit!
Geen opmerkingen :
Een reactie posten